Op deze pagina lees je wat een beschikbare premieregeling is. Dat je een beleggingswaarde opbouwt met de premie die je werkgever beschikbaar stelt. En dat je deze beleggingswaarde op je pensioendatum omzet in maandelijks pensioen.
xxx
Een ‘beschikbare-premieregeling’ (met of zonder tussenstreepje) is een pensioenregeling, waar de hoogte van de premie je uiteindelijke pensioen bepaalt.
Je ingelegde premie wordt belegd. Als je met pensioen gaat, wordt je beleggingenpot verkocht. Van de opbrengst koop je pensioen.
De pensioentoezegging van je werkgever is de jaarlijkse premie die hij betaalt aan de verzekeraar of pensioenfonds.
De pensioentoezegging is NIET een bepaalde pensioenhoogte.
Simpel gezegd: je inleg staat vast, de uitkomst is onzeker.
xxx
Premie berekenen volgens een premiestaffel
Hoeveel premie stelt je werkgever beschikbaar voor je pensioen? De jaarlijkse beschikbare premie wordt berekend volgens een ‘premie-staffel . Dat is een tabel waarin per groepen van leeftijden een premiepercentage over je pensioengrondslag staat. Op de pagina’s ‘PremieStaffel‘ en ‘Beschikbare premie‘ lees je daar meer over.
Je uiteindelijke pensioenbedrag hangt af van de hoogte van de beschikbare premie, de beleggingsopbrengsten, de de uiteindelijke beleggingswaarde van je pensioenpot, de tarieven van de verzekeraar bij het kopen van pensioen en de rekenrente op je pensioendatum. Allemaal onzekere factoren.
xxx
Beleggen: risico’s en kansen
Beleggen in een pensioenregeling brengt risico’s en kansen met zich mee. Lage (of hoge) rendementen kunnen leiden tot minder (of meer) beleggingswaarde om pensioen van te kopen. Dat heet het ‘beleggingsrisico’ en is helemaal voor jouw eigen rekening.
- The ‘slow road to disaster’: als het tegenzit, heb je uiteindelijk (te) weinig pensioen.
Je loopt dus het ‘risico op minder’. - The ‘high road to glory’: als het meezit, heb je meer dan waar je op hoopte.
Je hebt dus ‘kans op meer’.
Loop je naast het beleggingsrisico nog meer risico’s in een beschikbare-premieregeling?
Jazeker. Je loopt ook:
- Langlevenrisico:
door toename van de levensverwachting (gemiddeld worden mensen ouder) kan je op de pensioenrichtleeftijd een lagere pensioenuitkering kopen. - Renterisico:
de rentestand op de pensioenrichtleeftijd bepaalt mede hoe hoog je pensioenuitkering is. Hoe lager de rente, hoe lager je pensioenuitkering. Over de rentestand (rekenrente) lees je meer op de pagina ‘Rekenrente‘. - Inflatierisico:
de geldontwaarding tot aan de pensioenrichtleeftijd wordt in beginsel niet gecompenseerd, waardoor je beleggingswaarde om pensioen van te kopen, geleidelijk wordt uitgehold. Een simpel voorbeeld: vroeger kostte een ijsje 50 cent, nu 2 euro. Je hebt meer geld nodig voor hetzelfde, maar je opgebouwde pensioenbedragen stijgen niet mee met de inflatie, ze blijven op dezelfde hoogte.
Hoe gaat het beleggen in zijn werk?
Je werkgever draagt de beschikbare premie voor je af aan de verzekeraar of pensioenfonds. Deze koopt er beleggingen van. Voorbeeld:
- Je bent op 1 januari 40 jaar en in dat jaar is je pensioengrondslag € 12.371.
- Stel dat de premiestaffel van de pensioenregeling van je werkgever aangeeft, dat voor werknemers van 40 t/m 44 jaar het percentage beschikbare premie 9,7% van de pensioengrondslag is. Dan is de beschikbare premie dat jaar € 1.200.
- Stel dat de koers van een bepaald aandeel op de beurs op 1 januari € 100 per aandeel is.
Dan koopt de verzekeraar of pensioenfonds dat jaar 12 aandelen. Die gaan in jouw beleggingenpot. Welke aandelen koopt de verzekeraar of pensioenfonds? Dat hangt er van af. In sommige pensioenregelingen kan je zelf kiezen in welke fondsen je laat beleggen. Dan moet je wel verstand van beleggen hebben. In de meeste regelingen doet de verzekeraar het voor je. Ze gebruiken zogenaamde ‘lifecycles’. Dat betekent dat ze zo beleggen, dat het risico in je beleggingenpot afneemt naarmate je ouder wordt. Door deze afbouw van risico wordt een mogelijk verlies als gevolg van marktschommelingen verkleind naarmate je dichter bij je pensioendatum komt.
Stel dat het jaar daarop je pensioengrondslag en het percentage beschikbare premie hetzelfde zijn. De koers is intussen gestegen naar € 200 per aandeel. Dan kan de verzekeraar of pensioenfonds er dat jaar dus maar 6 kopen. Inmiddels heb je bij elkaar 18 aandelen.
Dit gaat elk jaar zo door.
Op je pensioenrichtleeftijd ga je met pensioen. Stel dat je in je beleggingenpot inmiddels 250 aandelen hebt. Die worden op dat moment allemaal verkocht. Stel dat de koers op dat moment € 150 per aandeel is.
Dan is je beleggingenpot op dat moment dus 250 aandelen x € 150 = € 37.500 waard.
Omzetten in maandelijks pensioen
De uiteindelijke beleggingswaarde moet op de pensioendatum verplicht worden omgezet in een jaarlijks bruto pensioenbedrag. Een vuistregel is dat je met € 100 euro beleggingswaarde ongeveer € 5 jaarlijks bruto pensioen kunt kopen. Voor de bovenstaande € 37.500 pensioen kan je dus € 1.875 bruto jaarlijks pensioen kopen. Dat jaarlijkse bruto pensioenbedrag wordt door 12 maanden gedeeld en per maand aan je uitgekeerd. Tot aan je overlijden. Na inhouding van belasting krijg je elke maand je netto pensioenbedrag op je rekening.
Shoppen
Zoals vermeld moet je de beleggingswaarde verplicht omzetten in pensioen. Je krijgt als het ware* een zak geld waarmee je kunt shoppen bij meerdere pensioenverzekeraars of banken, om te zien bij wie je het meeste pensioen krijgt. Vooraf weet je dus niet precies hoe hoog je pensioen wordt.
Het pensioen dat je koopt, bestaat uit een ouderdomspensioen dat direct ingaat, en een partnerpensioen voor je partner dat pas ingaat als je na de pensioendatum overlijdt. Eventueel kan je (een deel van) het partnerpensioen ruilen voor hoger ouderdomspensioen.
*Als het ware: je krijgt de ‘zak geld’ niet werkelijk in handen. Kort voordat je met pensioen gaat, hoor je van de pensioenverzekeraar of pensioenfonds hoe hoog het eenmalige bedrag is. Daarmee kan je ‘shoppen’ om te kijken wie de hoogste maandelijkse uitkering geeft voor je pot pensioengeld. Dat kan diezelfde verzekeraar of pensioenfonds zijn, maar ook een andere. Of een bank. Je mag (binnen wettelijke regels) zelf kiezen. Als je je keuze hebt gemaakt, boekt de verzekeraar of pensioenfonds het geld over naar de instantie van jouw keuze. Die stort daarna elke maand de uitkering op je rekening, onder (verplichte) inhouding van loonbelasting en premies.
Risicoverzekeringen vóór de pensioendatum
Terwijl je werkt bij je werkgever beleg je dus voor ouderdomspensioen, en voor partnerpensioen dat ingaat bij je overlijden na de pensioendatum. Ook zijn er vaak verzekeringen van risicopensioen bij overlijden vóór de pensioendatum. Bijvoorbeeld partner- en wezenpensioen als je overlijdt vóór de pensioendatum. En arbeidsongeschiktheidspensioen en premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid als je arbeidsongeschikt wordt terwijl je in dienst bent van je werkgever.
xxx